Stadsweetje #18: De Amersfoortse Zwaan
GLASBLAZERS – Vanaf 1600 kwamen vele migranten naar het relatief welvarende Holland en Utrecht. Op de vlucht of op zoek naar een beter bestaan. In Amersfoort kwamen vooral handwerkslieden uit Noord-Duitsland terecht, onder wie veel glasblazers. Zij brachten de Lutherse godsdienst mee. Hun komst kwam de stad goed uit, want Amersfoort bleef achter bij ‘rijkere’ steden zoals Amsterdam. Men hoopte dat de nieuwkomers de stad economisch uit het slop konden trekken.
De Luthersen waren geen calvinisten, maar de stad beschouwde hen als ‘bijna gereformeerden’. Omdat zij bovendien de welvaart stimuleerden, mochten zij in 1685 voor hun diensten gebruikmaken van het voormalige Observantenklooster.
LUTHERSE KERK – Een jaar later kregen zij toestemming om de vroegere Heilige Geestkapel aan de Langestraat te betrekken. De Lutheranen hadden veel te danken aan Jacob baron De Petersen, een voormalig kamerheer van de Deense koning, die op de Heiligenberg woonde. Hij had bij het stadsbestuur hard gelobbyd voor de nieuwe plek van de Lutherse Kerk. Hij schonk later zijn avondmaalszilver met zijn wapen en initialen aan de Lutherse Kerk.
LOTERIJ – Grote tegenslag trof de kerk in 1707. De bliksem was ingeslagen en de toenmalige voorganger Johannes Faber wilde de herstelkosten dekken via een loterij. Maar hij verdween spoorloos met alle ingelegde gelden. Hij liet niet alleen vrouw en kinderen achter, maar ook een berooide kerk die nog jaren met financiële misère kampte.
In 1837 nam stadsarchitect Ruitenbeek het gebouw grondig onder handen. De toen nog aanwezige toren (zie afbeelding) werd afgebroken vanwege bouwvalligheid. De voorgevel kreeg naar de mode van die tijd een witgepleisterde neoclassicistisch uiterlijk met spitsboogramen en bekroond met een fronton. Zo ziet de kerk er nog steeds uit.
ZWAAN – Op het dak staat een torentje met windvaan, in de vorm van een gouden zwaan. Die verwijst naar een vermeende uitspraak van de Tsjech Jan Hus, een voorloper van Luther, die destijds de wantoestanden in de katholieke kerk aan de kaak stelde. Daarom werd hij als ketter veroordeeld tot de brandstapel. Hij zou bij zijn terechtstelling hebben gezegd: ‘U verbrandt nu een gans (= Hus), maar er zal een zwaan (= Luther) herrijzen die sterker is’.
Ook in de gevelsteen ter gelegenheid van 400 jaar Reformatie (1517-1917) komt de zwaan terug. De zwaan is het symbool geworden van de Lutherse Kerk. Daarom wordt deze kerk ook wel ‘De Amersfoortse Zwaan’ genoemd.
Bij de voorgevel staat een appelboompje. Dit herinnert aan een uitspraak van Luther: ‘Zelfs als ik zou weten, dat morgen de wereld vergaat, zou ik vandaag toch mijn appelboom planten.’


